Angina pectoris/pijn op de borst

Angina pectoris (hartkramp) is pijn of een beklemmend gevoel op de borst. Angina pectoris ontstaat als het hart te weinig zuurstof krijgt. Bij stabiele angina pectoris ontstaan de klachten bij inspanning, emoties en/of overgang van een warme naar koude omgeving. Tijdens dit soort momenten moet het hart zich harder inspannen dan normaal en is het zuurstoftekort erger. Kenmerkend is dat de pijn verdwijnt bij het nemen van rust of na inname van pijnverlichtende medcijnen, zoals nitraten (het “pilletje onder de tong”).

Bij instabiele angina pectoris verergeren de klachten, zijn de klachten onvoorspelbaar en heeft u ook pijn als u geen inspanning levert. Dan spreken we van een (dreigend) hartinfarct.

Pijn op de borst of thoracale klachten worden niet altijd door het hart veroorzaakt. Ze kunnen ook ontstaan door kramp in de borstspieren of de slokdarm. Deze klachten zijn vaker in rust aanwezig en de mate van inspanning heeft geen invloed op de klachten. 

Wat zijn de symptomen?

Bij angina pectoris kan er sprake zijn van een drukkend, snoerend, beklemmend gevoel of pijn, meestal midden op de borst. Het is vaak lastig voor de patiënt om de specifieke plek van de pijn aan te wijzen. De pijn kan bijvoorbeeld uitstralen naar de armen, hals en kaken. Bij angina pectoris staat meestal niet de pijnklacht voorop, maar het drukkende gevoel of “benauwdheid” midden op de borst. De klachten ontstaan voornamelijk wanneer het hart zich harder moet inspannen dan normaal. Bijvoorbeeld bij lichamelijke inspanning, emoties of de overgang van een warme naar koude omgeving. 

Ook kan er sprake zijn van kortademigheid. Dit betekent dat een groter gedeelte van het hart zuurstofgebrek heeft. De pompfunctie van het hart kan dan verminderd zijn.

Niet iedereen heeft deze typische klachten. Met name vrouwen, ouderen en patiënten met suikerziekte kunnen een ander klachtenpatroon hebben, waardoor angina pectoris minder snel wordt herkend.

 

Wat is de oorzaak?

Er zijn verschillende oorzaken mogelijk bij klachten die wijzen op angina pectoris.

Aderverkalking
Aderverkalking (atherosclerose) kan zorgen voor een vernauwing van de slagader. De ader kan dan minder zuurstof vervoeren naar het hart. Daardoor ontstaat een zuurstoftekort. Aderverkalking begint wanneer cholestrol (vetachtige stoffen) zich ophopen tegen de wand van de ader, wat de binnenwand van de ader beschadigt. Door die beschadigingen kan de wand van de ader verdikken; dat noemen we 'plaque'. Hoe meer plaque er in de ader zit, hoe minder bloed (en dus zuurstof) er door de ader naar het hart kan stromen. Klachten ontstaan meestal pas als er al sprake is van ernstige vernauwing van de ader.

Risicofactoren
Het ontstaan van atherosclerose wordt bevorderd door roken, een te hoge bloeddruk, suikerziekte, een te hoog cholesterol, het hebben van een oudere leeftijd en hart- en vaatziekten in de familie. Hoe meer er van deze zogenaamde ‘risicofactoren’ aanwezig zijn, hoe groter de kans op vernauwing van de ader en een hartinfarct.

Een gezonde leefstijl vermindert de kans op een hartinfarct.

Diagnose

Als er sprake is van angina pectoris of pijn op de borst kunt u doorverwezen worden naar de cardioloog. Hij of zij zal naar uw klachten vragen, lichamelijk onderzoek doen en een aantal onderzoeken bij u laten verrichten. Denk bijvoorbeeld aan een hartfilmpje, een bloedonderzoek, een echo van het hart en een inspanningsonderzoek. Bij een inspanningsonderzoek kijken we of er sprake is van zuurstofgebrek van het hart bij inspanning. Dit kan door te fietsen op een apparaat of door de inspanning na te bootsen met medicatie.

Voorbeelden van inspanningsonderzoeken zijn: een fietstest (fietsergometrie), een stressechocardiografie, een CT-scan waarbij de kransslagaders van het hart bekeken worden, een MRI-scan van het hart of een nucleaire (myoview) scan van het hart.

Ook kunnen we een onderzoek aanvragen waarbij we de kransslagaders zelf in beeld brengen, zoals een CT-coronairen/calciumscore of een coronairangiografie.

Samen met uw arts kunt u bekijken welk onderzoek het meest geschikt is in uw situatie.

Behandeling

De behandeling van angina pectoris bestaat uit medicatie en eventueel een dotterbehandeling (PCI) of een bypassoperatie (CABG) om de vernauwing van de kransslagader te verminderen of te verhelpen.

Heeft u nog vragen? Neem dan contact met ons op. 

Nazorg

Afhankelijk van uw situatie krijgt u van uw arts leefstijladviezen, medicatie en eventueel hartrevalidatie. Bij een bezoek aan de polikliniek vragen we naar uw klachten. Dit kunnen de bekende klachten zijn, maar ook bijwerkingen van de medicatie. Meestal blijft u een half jaar tot maximaal een jaar onder controle van de cardioloog; daarna kunt u met vragen en eventuele klachten terecht bij de huisarts.

Behandelteam

De afdelingen waar u mee te maken kunt krijgen zijn: de polikliniek Hartziekten in het LUMC, Cardiologie Centrum Voorschoten, Poliklinisch Centrum Lisse, de Hartfunctieafdeling, de Short stay, de Hartkatheterisatieafdeling, de radiologie of nucleaire afdeling, de Verpleegafdeling Thoraxchirurgie of Verpleegafdeling Hartziekten en het OK centrum.