Chemotherapie bij longkanker

Longkanker ontstaat in de longen als een klein proces dat aanvankelijk geen klachten geeft. Er bestaat een tijd tussen het ontstaan van de tumor en het ontdekken hiervan naar aanleiding van klachten of door middel van bijvoorbeeld een screening (bevolkingsonderzoek). In die tijdsspanne heeft de tumor de tijd om te groeien en er kunnen zelfs ook (elders) uitzaaiingen ontstaan. Zodra er uitzaaiingen gevonden zijn, komt een tumor niet meer in aanmerking voor chirurgische verwijdering.

Beperken de uitzaaiingen zich tot de klieren en in het bijzonder de lymfeknopen die direct bij de tumor liggen, dan kan men proberen met bestraling (zie Radiotherapie) de tumor en en de uitzaaiingen te behandelen. Zijn er uitzaaiingen elders in het lichaam of is de tumor te groot om goed behandeld te kunnen worden met bestraling, dan kan men proberen te behandelen met chemotherapie.

Wat is chemotherapie?

Chemotherapie is een behandeling met geneesmiddelen die erop gericht is de celdeling te stoppen ende cellen te gronde te laten gaan. Meestal gebeurt dit doordat het geneesmiddel ingrijpt in het delingsmechanisme van de cel, waardoor deze zich niet meer kan delen, doodgaat en dus afsterft. Dit kan op diverse manieren plaatsvinden. Dit is de reden dat er een groot aantal celdodende geneesmiddelen (cytostatica) bestaat. De middelen grijpen op verschillende plaatsen in het delingsmechanisme in en worden vaak gecombineerd om zo een beter effect te bereiken. Bovendien heeft het toedienen van gecombineerde medicatie als voordeel dat de bijwerkingen geringer zijn, omdat ze afzonderlijk in een lagere dosis gegeven kunnen worden, zonder dat dit invloed heeft op de effectiviteit ervan. 

Wat zijn de effecten van chemotherapie?

Hoe de reactie van de tumor zal zijn op de behandeling met chemotherapie is niet van te voren te zeggen. Uit onderzoekgegevens is duidelijk dat deze middelen in ongeveer een derde van de gevallende de tumor kleiner kunnen maken. Door de middelen te combineren probeert men het percentage "responders" (mensen van wie de tumor reageert op de chemotherapie) te vergroten. Steeds zal bij iedere patiënt individueel gekeken moeten worden wat de effecten op de tumor zijn en tevens hoe ernstig de bijwerkingen van de behandeling zijn. Door deze twee aspecten steeds te evalueren kan men voorstellen de behandeling voort te zetten of te beëindigen.

Met grote voorzichtigheid zijn er algemene uitspraken te doen over de reactie op chemotherapie, waarbij rekening moet worden gehouden met het type longkanker (kleincellig en niet kleincellig), de grootte van de tumor en de hoeveelheid uitzaaiingen, en of de chemotherapie individueel of in combinatie met andere therapieën wordt gegeven. Uw arts kan u hierover informeren.  

Omdat de resultaten niet altijd gunstig zijn, wordt veel onderzoek gedaan naar nieuwe middelen en nieuwe combinaties van middelen om de effectiviteit te vergroten. Hiervoor worden zowel landelijk als internationaal onderzoeken (trials) gedaan. Het is verstandig aan uw behandelend arts te vragen of in het ziekenhuis waar u behandeld wordt ook aan dit soort onderzoeken wordt meegewerkt. 

Bron en meer informatie: www.longkankernederland.nl.